Woning en eigendommen
Wanneer een dierbare overlijdt, komt er veel op de nabestaanden af. Een van de praktische zaken die geregeld moeten worden, is de woning en de bijbehorende eigendommen. Was de overledene de enige bewoner? Dan moet de huur worden opgezegd of de woning worden verkocht. Nutsvoorzieningen zoals energie en water moeten worden stopgezet of overgezet op een andere naam. De inboedel en persoonlijke bezittingen dienen zorgvuldig geïnventariseerd en verdeeld te worden, volgens het testament of in overleg met de familie. Ook huisdieren hebben aandacht nodig; het is belangrijk om een liefdevol nieuw thuis voor hen te vinden. Door deze zaken tijdig te regelen, kunnen onverwachte kosten of administratieve complicaties worden voorkomen.
- Huur opzeggen: Indien de overledene alleen woonde. Bedenk dat de huurtoeslag eindigt bij overlijden van de huurder.
- Energie, water en andere nutsvoorzieningen: Stopzetten of overzetten op een andere naam.
- Inboedel en persoonlijke bezittingen: Inventariseren en verdelen volgens testament of familieafspraken.
- Huisdieren: Regel een nieuwe eigenaar of opvang.
Verifieer in elk geval de aanwezigheid van een overlijdensrisicoverzekering die uitkeert bij overlijden. Dikwijls vindt dit plaats op hetzelfde moment als het aangaan van een hypothecaire lening.
